Wanneer je op wintersport gaat, rijd je meestal het laatste stuk door de bergen. De één verheugt zich erop, de ander vindt het spannend. Rijden in de bergen verreist veel techniek en ervaring. Het is niet moeilijk, maar toch anders dan de vlakke wegen in ons land. In deze blog geven we je tips om veilig en gecontroleerd door de bergen met sneeuw te rijden.
Hellingproef
De kans is groot dat je tijdens de klim vaak moet stoppen en optrekken. Oefen daarom goed de hellingproef. Zorg ervoor dat je koppeling zo min mogelijk slipt en maak goed gebruik van de handrem.
Stijgend verkeer heeft voorrang
Sommige bergwegen zijn zo smal dat je een tegenligger ruimte moet geven. De algemene regel geldt; stijgend verkeer heeft voorrang. Dit omdat stijgend verkeer lastiger in beweging komt. In de praktijk komt het voor dat het voor stijgend verkeer makkelijker is om uit te wijken. Doe dit dan ook.
Klimmen in lage versnelling
Als je de berg oprijdt, doe dit dan in een lage versnelling. Voel je dat je auto niet meer klimt, schakel dan terug. Je mag de motor best horen ronken. In de bergen rijdt je vooral in de 2de of 3de versnelling.
Dalen in dezelfde versnelling
Ga niet te hard de berg af. Vuistregel is dat je in dezelfde versnelling daalt als dat je klimt. Hierdoor ga je niet te snel en maak je gebruik van de motor om af te remmen.
Remmen op de motor
Zorg ervoor dat je auto tijdens het afdalen remt op de motor. Als je je voet terughaalt van het gas, hoort de auto af te remmen. Is dit niet het geval? Schakel dan terug. Bij teveel remmen met het rempedaal kunnen de remmen namelijk oververhit raken.
Schakel op tijd terug voor de haarspeldbocht en kijk naar boven/beneden
De meeste haarspeldbochten kun je in de 2e versnelling nemen. Rem op tijd en schakel terug voor de bocht. Hiermee ontkoppel je en benader je met de juiste snelheid de bocht. Kijk bij het dalen altijd verder naar beneden en bij het stijgen omhoog. Op deze manier kun je op tijd anticiperen om het verkeer. Het kan voorkomen dat je in een haarspeldbocht ‘klem’ komt te staan met een vrachtwagen of bus.
Houd rekening met een langere remweg
Als je voor het eerst in de bergen rijdt, rem dan een paar keer als je afdaalt. Houdt hierbij wel rekening met het verkeer achter je. Op deze manier ervaar je al snel hoeveel meer remweg je nodig hebt. We raden het aan om vaker iets harder te remmen in plaats van een beetje.
Kies in een automaat voor de berg versnelling
Een automaat kiest op vlakke wegen de juiste versnelling. Maar zodra je stijgt of daalt gaat dit meestal mis. Je rijdt dan in een te hoge versnelling. Maak dus gebruik van de bergversnelling of de flippers op het stuur. Zorg dat je altijd in een lage versnelling klimt en daalt.
Let op met parkeren
Wil je stilstaan op een helling of parkeren, zorg er dan voor dat je wielen de juiste kant op staan. Draai je voorwielen (heuvelafwaarts) of je achterwielen (heuvelopwaarts) richting de bergwand of vangrails. Staat je auto met de neus bergopwaarts, zet ‘m dan op de handrem en in de eerste versnelling. Parkeer je met de neus naar het dal, zet ‘m dan in z’n achteruitversnelling en op de handrem. Pas op met de handrem bij temperaturen onder de nul, deze kan dan bevriezen.
Bron:Snowplaza
